Taskforce België, Duitsland en Nederland versterkt kandidatuur Einstein Telescope
Via een gezamenlijke Taskforce bundelen België, Duitsland en Nederland alle huidige en toekomstige informatie van betrokken overheden om daarmee te werken aan een sterke, gezamenlijke kandidatuur voor de Einstein Telescope vanuit de drie landen. Hiermee wordt een volgende stap gezet in de grensoverschrijdende samenwerking op weg naar een sterk bidbook.
Aan tafel zaten onder anderen de Duitse NRW-minister Nathanael Liminiski van Europese Zaken, de Nederlandse minister Robbert Dijkgraaf (Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen) en uit Nederlands Limburg gouverneur Emile Roemer en gedeputeerde Stephan Satijn (economie, innovatie). Verder waren bestuurders en vertegenwoordigers vanuit (federaal) Duitsland, Noordrijn-Westfalen, Vlaanderen, de cabinetschef van de Waalse minister Borsus, minister-president Oliver Paasch van de Duitstalige gemeenschap in België, staatssecretaris Thomas Dermine (federale regering België) en de Benelux aanwezig.
Zij werden bijgepraat over de kansen en over de stand van zaken op wetenschappelijk gebied door hoogleraar Stan Bentvelsen, directeur van Nikhef, professor Achim Stahl van de RWTH Aken en Han Dols van CERN. Op wetenschappelijk gebied wordt al langer samengewerkt aan de voorbereidingen voor een Einstein Telescope door onder andere Nikhef en de universiteiten van Maastricht, RWTH Aken, Luik, Hasselt en Leuven.
België, Nederland en Noordrijn-Westfalen steunen al lang gezamenlijke projecten om de Einstein-telescoop voor te bereiden. Daartoe behoren de ETpathfinder, een R&D-laboratorium voor de Einstein Telescoop, het E-TEST-project, waarbij geologische studies worden uitgevoerd om de plaats van de Einstein Telescoop in de Euregio Maas-Rijn te bepalen, en ET2SMEs, dat tot doel heeft hightechbedrijven te bevorderen.
De deelnemers aan het gesprek zien grote kansen van de Einstein Telescope en kijken terug op een bijeenkomst waarin een volgende stap is gezet.
De Duitse minister Nathanael Liminiski (Europese Zaken in Noordrijn-Westfalen) en gastheer van de bijeenkomst:
“De Einstein Telescope heeft grote economische potentie en dat komt ook ten goede aan de mensen in de regio. Tegelijkertijd biedt deze grensregio met zijn rijke wetenschaps- en onderzoekslandschap, de vele bedrijven met expertise in de hightechsector en de steun van de aangrenzende landen en regio’s ideale omstandigheden voor de uitvoering van het project.”
Minister Robbert Dijkgraaf (Nederland, Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen):
“De Einstein Telescoop is een fantastisch project. Voor de wetenschap, maar zeker ook voor het grensgebied tussen Limburg, Noordrijn-Westfalen, Vlaanderen en Wallonië. In Bonn hebben we vandaag afgesproken een mooie volgende stap te zetten naar het vormen van een consortium om deze telescoop ook daadwerkelijk naar onze regio te halen. Alleen samen kunnen we ervoor zorgen dat de Euregio Maas-Rijn de locatie wordt van de Einstein Telescoop.”
Directeur Stan Bentvelsen (Nederlandse onderzoeksinstituut Nikhef en hoogleraar aan de Universiteit van Amsterdam):
“Dit is een belangrijke stap. We zijn gewend dat de wetenschap zich niet veel van grenzen aantrekt, maar het is goed te zien dat ook overheden in de drie landen eveneens grensoverschrijdend op diverse niveaus de klokken gelijk zetten en de stappen op elkaar afstemmen. Deze Taskforce is een belangrijke motor voor de realisatie van de Einstein Telescope in dit gebied.”
Gedeputeerde Stephan Satijn (Nederlandse Provincie Limburg / o.a. economie en innovatie):
“De Euregio Maas-Rijn is een Europese toptechnologieregio, met tal van universiteiten en een concentratie van hightechbedrijven. Het is ook een verbluffend mooie en gastvrije plek voor wetenschappers en de meer dan 1.700 mensen die een baan in en rond de telescoop zullen vinden.”
Foto:
De Duitse NRW-minister Nathanael Liminiski van Europese Zaken (rechts) en gastheer van de bijeenkomst, in gesprek met de Nederlandse Minister Robbert Dijkgraaf van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen (links). Midden: Directeur-generaal Volker Rieke (Duits Federaal Ministerie van Onderwijs en Onderzoek).
Credit: Land NRW / Uwe Völkner