Samen optrekken voor grootste wetenschappelijke bouwproject ooit in deze Euregio
“De grensregio van Nederland, Duitsland en België is dé plek voor de Einstein Telescope en we zullen ons tot het uiterste inspannen om die hierheen te halen.” Die uitspraak werd ook de afspraak waarmee de ministers Dirk Beljaarts (Nederland) met zijn collega’s Mona Neubaur (Noordrijn Westfalen), Pierre-Yves Jeholet (Wallonië), minister-president Matthias Diependaele (Vlaanderen) en de Belgische ambassadeur Anick Van Calster het belang van de Einstein Telescope voor de regio hun ontmoeting samenvatten. Zij spraken af gezamenlijk op te trekken om de kandidatuur voor de Einstein Telescope te versterken.
Deze vier ministers, met alle vier economie in hun portefeuille, spraken elkaar vandaag tijdens hun gezamenlijk werkbezoek over de Einstein Telescope in Maastricht. Ze namen ook een kijkje in de cleanroom van de ETpathinder.

Unieke kans
De ministers benadrukten dat het project de drie landen de unieke kans biedt op een wereldwijde leiderschapspositie in een nieuw baanbrekend wetenschapsgebied: zwaartekrachtsgolvenonderzoek. Ook is voor de ontwikkeling van de telescoop veel nieuwe kennis nodig en dit stimuleert technologische innovaties en bedrijvigheid in de regio.
Nationaal Groeifonds
Nederland heeft uit het Nationaal Groeifonds een reservering van 870 miljoen euro klaarstaan voor de bouw van de telescoop. Ook de Vlaamse regering heeft al 200 miljoen euro gereserveerd voor de ondergrondse telescoop.
Terugverdienen
Op basis van onderzoek is de verwachting dat elke euro voor de Einstein Telescope 3 tot 4 keer wordt terugverdiend en de telescoop direct en indirect ongeveer 2.000 banen gaat creëren. Niet alleen voor wetenschappers, maar bijvoorbeeld ook voor praktisch opgeleide technici. Om te onderstrepen hoe belangrijk de telescoop is voor de economie, wetenschap en maatschappij, verklaarde het Nederlandse kabinet het binnenhalen van de telescoop afgelopen november tot nationale prioriteit.
