Meteen naar de content

Einstein Telescope als het cement van langdurige samenwerking

Elk land apart zal apart minder voordelen halen uit het Einstein Telescope-project dan alle landen samen in een goed samenwerkingsverband. Dat stelt de Vlaamse topeconoom Geert Noels van Econopolis. Eerder deze week verscheen zijn onderzoeksrapport naar de effecten van de Einstein Telescope voor Vlaanderen. Daarin wordt becijferd dat de ondergrondse telescoop zoveel kansen biedt zoals die zich in het verleden nog niet hebben voorgedaan en zich in de toekomst waarschijnlijk niet zullen voordoen. Daarmee is het een effectief wapen om de effecten van vergrijzing te bestrijden.  Een paar aanvullende vragen aan Geert Noels, kijkend door de euregionale bril.

Veel mensen zullen in uw rapport duiken op zoek naar cijfers over banen of rendement van investeringen…

‘Het aantal directe en indirecte jobs zijn redelijk in lijn met andere grote bouwprojecten. Maar als je naar de langere termijn kijkt, is dat niet het belangrijkste. Het zou jammer zijn om de Einstein Telescope als een ‘groot bouwproject’ te zien. Het is een groot wetenschapsproject of Big Science Project en daarop moet de aandacht liggen. Een dergelijk project heeft vooral merites op het vlak van een ecosysteem dat je moet bouwen en daarnaast wat betreft een brede impact op de maatschappij in de vorm van STEM-profielen, het aantrekken van topwetenschappers en een cultuur van excellentie die je creëert.’

Uw opdracht en dus scope was kijken naar Vlaanderen. Zijn de uitkomsten in algemene zin ook te vertalen naar de overige landen of landsdelen binnen de Euregio Maas-Rijn waar we de Einstein Telescope willen bouwen?

‘De impact van de Einstein Telescope stopt niet aan landsgrenzen. Als we het slim aanpakken zullen alle partnerlanden van de Einstein Telescope gelijkwaardige voordelen genieten in de vorm van wetenschappelijke inzichten, aansluiten op elkaars onderzoeksinstellingen, het creëren en versterken van een hoogtechnologische cluster en het strategisch samenwerken van universiteiten, onderzoekscentra en bedrijven. De vergelijking met CERN in Zwitserland is in dat opzicht treffend, omdat ook niet alleen die regio zélf, maar ook het hele land en de buurlanden, naast de partnerlanden, positieve effecten hebben genoten van CERN als Big Science Project.’

Wat moeten die samenwerkende landen/landsdelen naar uw oordeel doen om zoveel mogelijk profijt te hebben van de Einstein Telescope?

‘De deelnemende landen moeten vooral niet naar hun eigen belang kijken, maar naar het gemeenschappelijke belang, en de unieke mogelijkheid om de schaal van samenwerking te verbreden. Elk land apart zal minder voordelen halen uit het Einstein Telescope-project dan alle landen samen in een goed samenwerkingsverband.’

Wat is daarvoor nodig?

‘Elk van de samenwerkende landen moet zich als een ‘thuisland’ kunnen beschouwen van het project. Op die manier zullen de voordelen optimaal zijn. Op deze manier kan iedereen genieten van de sterkte van een veel groter ecosysteem, dat nooit op zichzelf kan behaald worden. Met de Einstein Telescope cementeer je deze samenwerking voor decennia, omdat het een langetermijnproject is.’

Geert Noels van Econopolis
Geert Noels van Econopolis
Share this article